Akwantuo

Siebe in Ghana


De goede herder en de arme schaapjes

Kwabena en Solomon, de coolste wezen ter wereld
Mijn naam is Kwabena Addei. Aangenaam...
De man die zich mijn vader noemt heet Kwaku Addei, beter bekend als 'the Bishop'. Onder zijn bezielende leiding zorg ik voor weesjes in The Good Shepherd Orphanage in Ofaakor. De bisschop is een man met een grote status in het dorp, hij heeft bijzondere vrienden. Zo vertelde hij laatst dat een van hen zeven jaar onder water heeft geleefd. Bovendien is hij overtuigd van het bestaan van een volk dat ergens onder de grond leeft, dichtbij het midden van de aarde.
Zonder gekheid; de man is een idioot. De kinderen worden om de haverklap geslagen, krijgen slecht voedsel, slecht onderwijs en te weinig medicijnen en leren religieuze praktijken uit het jaar nul. Het is vreselijk om te zien dat de wezen afhankelijk zijn van iemand die in de middeleeuwen al ouderwets was. Het is vooral jammer omdat de kinderen zo geweldig zijn. Want ondanks hun harde bestaan zijn het ontzettend vrolijke kinderen. Eigenlijk wil ik er een paar mee naar huis nemen...
Omdat dat niet kan is lief zijn mijn core business in 'the Shep'. Lesgeven is ook belangrijk, maar de kinderen vinden me veel te aardig (ik sla niet) om naar me te luisteren. Ik beperk me daarom maar tot meespelen en voetballen. Mijn bijzondere dank gaat in dit verband uit naar mijn ome Ad. Iedere wees in Ghana zoekt binnenkort naar de krokodil, net als ik vroeger.

Cape Coast: het regenwoud en het fort

Een vrouw verzamelt vis, net buiten de muren van Cape Coast Castle

Op de dag dat ik precies een maand in Ghana was reisde ik met alle andere vrijwilligers uit Accra af naar Cape Coast; het was weer tijd voor het grote Projects Abroad feest! Deze grote feesten worden vooral gekenmerkt door grote emmers goedkope sangria en grote hoeveelheden rijst. Genoeg erover dus.
Omdat we nu toch in Cape Coast waren besloten we de dag erna naar Cape Coast Castle te gaan. Het fort werd door de Britten en de Hollanders gebruikt om slaven in te 'huizen'. Ondanks dat het een vreselijk toeristisch middagje werd was het fort erg indrukwekkend.
Diezelfde dag zijn we met z'n dertienen naar Kakum National Park gegaan, een enorm stuk beschermd regenwoud. Ik voelde me niet erg beschermd toen bleek waar ik die nacht zou slapen. Mijn 'bed' was een platform, diep in de jungle, zonder muren maar met dak en een muskietennet. Om zes uur ging de zon onder en dus het licht uit. Met een kaars en wat brood met la Vache Qui Rit hielden we het uit tot een uur of negen, toen was het bedtijd. Helaas dachten de krekels, de vogels en de apen daar anders over. Wat een takkeherrie, daar in de jungle...

zonsopgang in het regenwoud
De volgende dag stonden we om 5 uur 's morgens op (ja, ik ook) omdat we de zon op wilden zien komen. Er zijn volgens mij maar weinig plaatsen in de wereld waar dat beter kan dan in Kakum. Het park heeft namelijk een 'Canopy Walk', een loopbrug tussen een aantal boomtoppen. Het hoogste punt is 40 meter boven de grond. Toen we er aankwamen hing er een dikke mist tussen de bomen. Na tien minuten trok de mist weg en kwam de zon op, het was een van de mooiste dingen die ik ooit heb gezien...




© 2006 Akwantuo | Blogger Templates by GeckoandFly.
No part of the content or the blog may be reproduced without prior written permission.